Home Actueel Ondernemingsrecht Van samenwerking naar aansprakelijkheid

Van samenwerking naar aansprakelijkheid

Ondernemingsrecht
05-09-18 Jan Koekkoek

Twee thuiszorgorganisaties werken al geruime tijd samen. Wanneer een van beide partijen zonder nadere toelichting en overleg in zee gaat met een ander, meent de andere partij dat er sprake was van een samenwerkingsovereenkomst en dus van een opzegtermijn die in acht had moeten worden genomen. Bovendien zou sprake zijn van bestuurdersaansprakelijkheid.

DEN Zorg werd in 2014 opgericht. De thuiszorgonderneming werkt onder meer als onderaannemer voor het grotere Particura. DEN Zorg werkt bovendien samen met Djina BV. Mevrouw X is enig aandeelhouder van Djina. In het kader van die samenwerking heeft DEN Zorg ruim 50.000 euro aan Djina BV betaald.

Na twee jaar gebeuren er administratief vreemde dingen. Djina blijkt zelf bepaalde zorg gedeclareerd te hebben bij de zorgverzekeraar, onder gebruikmaking van bepaalde codes. Particura, die door het gebruik van die codes zelf niet kan declareren, wil het bedrag waar het om gaat terugvorderen van DEN Zorg, waarop DEN Zorg Djina weer aanspreekt. Nadat partijen uitvoerig hebben geappt en gemaild, krijgt DEN Zorg een e-mail van Djina:

… vraag je ons om de aanlevering van onze facturen over de maanden november en december 2016. Wij hebben over de bewuste maanden echter niets meer te factureren aan DEN Zorg.

De cliënten waar wij op verzoek van DEN zorg een indicatie hebben gesteld, zijn op basis van dat gesprek en uit hoofde van de vrije zorgkeuze met Djina in zee gegaan. Mevrouw X. verleent haar diensten te allen tijde onder eigen naam en op eigen verantwoordelijkheid, waarvoor derhalve rechtstreeks is gedeclareerd bij de zorgverzekeraars in kwestie.

Voor de zorg die wij – bij hoge uitzondering – wél samen met DEN zorg hebben uitgevoerd, staat nog een vordering open van EUR 12.490,91.

DEN Zorg eist voor de rechter € 56.643,66 als schadevergoeding omdat samenwerkingsafspraken geschonden zouden zijn.

Samenwerking

Uit e-mails, overeenkomsten en verklaringen van cliënten van DEN Zorg blijkt volgens de rechter dat tussen partijen sprake was van een samenwerkingsovereenkomst, een opdrachtrelatie van onbepaalde duur.  Mevrouw X was weliswaar te allen tijde bevoegd de relatie te beëindigen, maar zij had daarbij wel rekening moeten houden met de belangen van DEN Zorg om te voorkomen dat die door het plotseling beëindigen van de relatie zou worden geschaad. Dat vloeit voort uit de redelijkheid en billijkheid, en daarom meent de rechter dat gelet op de duur en omvang van de samenwerking in dit geval een opzegtermijn van één maand redelijk zou zijn geweest. De hoogte van de schade kan niet worden vastgesteld omdat de benodigde bescheiden ontbreken.

Aansprakelijkheid

Volgens Den Zorg zijn Djina en mevrouw X als (indirect) bestuurder hoofdelijk aansprakelijk voor de geleden schade. Voor het aannemen van persoonlijke aansprakelijkheid van de (indirect) bestuurder is echter nodig dat de (indirect) bestuurder persoonlijk een voldoende ernstig verwijt kan worden gemaakt. De rechter oordeelt dat daarvan geen sprake is. Djina mocht de samenwerking immers opzeggen, zij het dat zij daarbij een opzeggingstermijn in acht had moeten nemen. De aansprakelijkheidseis wordt afgewezen.

Meer weten over samenwerking en aansprakelijkheid? Neem contact op!

Deel dit artikel