Vrijwel iedereen maakt tegenwoordig gebruik van social media. Wie heeft er immers geen Facebook, Hyves, Twitter of LinkedIn? Ook werknemers maken steeds vaker (ja, ook onder werktijd) gebruik van deze platforms op het internet. Buiten het feit dat de productiviteit van uw werknemers eronder zou kunnen lijden, oogt het gebruik van social media vrij onschuldig. Toch is dit niet altijd het geval.
De scheidslijn tussen het werk- en privéleven vervaagt. Dit komt onder meer door het veelvuldige gebruik van social media door werknemers. Werknemers onderhouden niet alleen contacten met hun collega’s via social media, maar zij uiten hun emoties ook steeds vaker via deze digitale weg. Zolang deze berichten positief zijn, is er geen vuiltje aan de lucht. Maar wat als de toon van de berichten minder positief, beledigend, belastend of kwetsend is?
In dat geval kunnen de uitlatingen van een werknemer vergaande consequenties voor hem meebrengen. Zo werd de arbeidsovereenkomst van een werknemer van Blokker door de kantonrechter te Arnhem ontbonden op 19 maart 2012 op grond van een dringende reden aangezien hij op Facebook zijn werkgever op een niet misverstane wijze zwart had gemaakt en had beledigd. Het verweer van de werknemer dat hij het recht had om zich zodanig te uiten op grond van het recht op een vrije meningsuiting, mocht hem niet baten. Zijn argument dat zijn uiting slechts gericht was tot zijn ‘vrienden’ op Facebook evenmin. Immers, het handelen van de werknemer druist in tegen de normen van het goed werknemerschap en het begrip ‘vrienden’ op Facebook is erg betrekkelijk. Zeker gezien het feit dat vrienden van de werknemer het bericht kunnen doorzenden, zodat zijn bericht op eenvoudige wijze bij een groot publiek terecht zou kunnen komen.
Discriminatie op Facebook is geen vrije meningsuiting, maar leidt tot ontslag.
In een andere rechtszaak bij de kantonrechter te Arnhem op 11 april 2012 werd de arbeidsovereenkomst van een werknemer die een collega op Facebook discrimineerde ook ontbonden, maar niet op grond van een dringende reden, zoals het geval was in de hiervoor genoemde uitspraak. Volgens deze rechter had de werkgever de desbetreffende werknemer eerst moeten te waarschuwen voor zijn uitlatingen op social media, alvorens hij overging tot de beëindiging van het dienstverband. Omdat de vertrouwensrelatie tussen partijen echter was geschaad, ontbond de rechter de arbeidsovereenkomst niettemin op grond van veranderde omstandigheden. Daarbij werd, zoals gebruikelijk, wel een vergoeding aan de werknemer toegekend.
Niet alleen het gebruik van Facebook kan tot de nodige juridische geschillen leiden, ook het gebruik van andere social media leidt steeds vaker tot juridische procedures. Zo stond in een arrest van het Hof Den Haag van 21 februari 2012 de vraag centraal of een werknemer zijn relatiebeding overtrad door via zijn Twitter-account ten behoeve van zijn nieuwe werkgever zzp’ers te zoeken. Meer concreet stuurde deze werknemer een tweet waarin hij aangaf op zoek te zijn naar ‘professionals in finance’. Het Hof oordeelde hierover dat de werknemer zich mogelijk op glad ijs begaf, maar dat er vooralsnog geen sprake was van het ‘onderhouden van zakelijke contacten’, zoals dat werd verboden door het relatiebeding. Het volgen van een twitter-account is namelijk een eenzijdige actie die niet geïnitieerd wordt door de eigenaar van het gevolgde twitter-account.
Werkgevers moeten een social media protocol invoeren.
Kortom, het gebruik van social media door werknemers kan tot onnodige en kostbare geschillen leiden. Dat is zonde, want het merendeel van de geschillen is eenvoudig te voorkomen door het implementeren van een social media protocol. Daarin kunnen gebruiksregels, verbodsbepalingen en sancties op overtreding van de bepalingen worden opgenomen.
Olympische Spelen
Het gebruik van social media door topsporters kan eveneens voor de nodige onrust en beroering zorgen. Zo kregen Ryan Babel en Gregory van der Wiel al veel kritiek over hen heen vanwege het plaatsen van bepaalde berichten op Twitter. Maar ook tijdens de Olympische Spelen zijn er spelers gestraft voor het gebruik van social media. Zo werd Griekse hink-stap-springster Voula Papachristou uit de Olympische ploeg gezet na het plaatsen van een racistische tweet.
De Zwitserse voetballer Michel Morganella was eenzelfde lot beschoren. Na de verloren wedstrijd tegen Zuid-Korea twitterde hij dat hij alle Koreanen “in brand zou steken”. Zijn excuses ten spijt, werd hij direct uit het Olympische voetbalteam gezet.
Bovengenoemde voorbeelden maken duidelijk dat de berichten op social media niet altijd “sociaal”, en zelfs erg asociaal kunnen zijn. Iedere werkgever en topsportvereniging doet er daarom verstandig aan om een social media protocol te hanteren. Indien u overweegt een dergelijk protocol op te stellen, neem dan contact op met ons kantoor.