Ten aanzien van online marketing bestaat het verbod al langer, maar staatssecretaris van Economische Zaken & Klimaat, Mona Keijzer, wil nu ook voor telemarketing een verbod op ongevraagd contact: van opt-out naar opt-in.
Telemarketing is het ongevraagd telefonisch benaderen van abonnees of bestaande klanten om producten of diensten te verkopen of om hen te bewegen een schenking te doen aan een ideële of charitatieve instelling. De telefoontjes tijdens etenstijd dus. In plaats van uitschrijving via een Bel-Me-Niet-Register, overweegt staatssecretaris Keijzer voor telemarketing een systeem op basis van ínschrijving, ook wel opt-in genoemd. Voordat consumenten mogen worden gebeld, moeten zij zich hebben ingeschreven in het register. Met die inschrijving geven zij toestemming om telefonisch te worden benaderd. Het voorstel van staatssecretaris Keijzer heeft tot doel de consumentenbescherming tegen telefonische direct marketing gelijk te trekken met de bescherming tegen direct marketing via andere (online) kanalen, zoals e-mail.
Het voorstel van staatssecretaris Keijzer past binnen de aanstaande Europese wetgeving. Op dit moment vinden er onderhandelingen plaats over de tekst van de e-Privacy Verordening (EPV). De EPV zal de e-Privacyrichtlijn van 2002 vervangen. Naar verwachting treedt de EPV medio 2019 in werking.
De e-Privacyrichtlijn is in Nederland geïmplementeerd in de Telecommunicatiewet. Artikel 11.7 van de Telecommunicatiewet bevat regels voor ongevraagde elektronische communicatie. Dit artikel wordt ook wel het “spamverbod” genoemd. In artikel 11.7 Telecommunicatiewet wordt een onderscheid gemaakt tussen communicatie mét en zonder menselijke tussenkomst. Communicatie zonder menselijke tussenkomst, bijvoorbeeld per e-mail, mag slechts worden verstuurd indien de verzender daarvan kan aantonen dat de ontvanger van de communicatie daarvoor voorafgaand toestemming heeft verleend (opt-in). Voor communicatie met menselijke tussenkomst, bijvoorbeeld telemarketing, is geen toestemming vereist, maar personen die op deze wijze worden benaderd, kunnen wel aangeven dat zij dergelijke communicatie niet meer wensen te ontvangen (opt-out). De opt-out wordt in Nederland geregistreerd in het Bel-Me-Niet-Register.
Onder de EPV zouden in beginsel alle vormen van direct marketing, met of zonder menselijke tussenkomst, gericht aan consumenten, alleen toegestaan zijn als de consument daar expliciet toestemming voor heeft gegeven (opt-in). De EPV bevat echter nog een mogelijkheid om bepaalde vormen van telemarketing tóch opt-out te laten zijn. Keijzer geeft in haar brief aan de Tweede Kamer d.d. 8 oktober 2018 aan te overwegen om van deze laatste mogelijkheid géén gebruik te maken. Volgens Keizer moeten daarmee alle vormen van ongevraagde communicatie op opt-in-basis plaatsvinden.
De EPV en de Algemene Verordening Persoonsgegevens bepalen aan welke voorwaarden de opt-in toestemming dient te voldoen. De EPV bepaalt bijvoorbeeld dat een consument toestemming moet geven welke categorieën persoonsgegevens en contactgegevens gevraagd kunnen worden.
Overigens zal de EPV een uitzondering bevatten voor het gebruik van direct marketing door ondernemingen die contact willen opnemen met bestaande klanten en aan hen soortgelijke eigen producten en diensten willen aanbieden. Deze direct marketing is onder de EPV in beginsel toegestaan. Keijzer overweegt echter een termijn te stellen waarbinnen contact mag worden opgenomen met (voormalige) klanten voor dit doeleinde.
Met de inwerkingtreding van de EPV en het doorgang vinden van de plannen van staatssecretaris Keijzer zullen bedrijven hun telefonische marketingproces wellicht anders moeten inrichten. Heeft u in dit kader behoefte aan juridisch advies? Neem dan contact met ons op.
Helena Lysaght