Home Actueel Archief Laren in last

Laren in last

Archief
10-04-14

Hoe raakt een sportvereniging in financiële problemen? Niet anders dan wanneer een onderneming in het bedrijfsleven in nood komt: vaak is er teveel geld uitgegeven en komt er te weinig geld binnen. Lang niet altijd ligt dat aan anderen.

 

Sportverenigingen zijn vaak financieel afhankelijk van contributies van leden en van sponsorbijdragen. Maar wat is de consequentie als de sponsors het laten afweten? Kan een beroep worden gedaan op de leden? Kunnen leden verplicht worden tot betaling van een extra bijdrage?

 

Hockeyclub Laren in problemen

Er is de laatste tijd al veel over geschreven: de Larensche Mixed Hockey Club LMHC verkeert in financiële problemen. Met name het NRC zorgde voor actuele berichtgeving. “In Laren is de tijd van de hockeybankiers voorbij” kopte de krant op zaterdag 29 maart 2014. In het artikel werd uitgebreid verslag gedaan van de financiële perikelen waarin de hockeyclub Laren verzeild is geraakt. Volgens het NRC is de groei van de club jaren geleden gefinancierd door “bankiers, vastgoedboeren en andere weldoeners”, maar leidde dat tot een onduidelijke structuur van stichtingen en vennootschappen.

 

Kennelijk werd er teveel geld uitgegeven en waren er te weinig inkomsten. Laren kon haar schulden niet meer betalen, zodat een faillissement dreigde, tenzij de ABN Amro Bank de helft van haar vordering van € 800.000 zou laten vallen. Maar dat wilde de bank alleen doen als de club zelf een bedrag van € 300.000 op tafel zou leggen, een bedrag dat van de leden moest komen.

 

Besluit tot heffing extra bijdrage van leden

Een Buitengewone Algemene Ledenvergadering werd bijeengeroepen. Aan de leden is voorgelegd in te stemmen met een extra financiële bijdrage van € 200 per lid, boven op de gewone contributie. Met een nipte meerderheid (volgens sommigen doordat vóórstemmers werden geronseld) stemde de vergadering in met het voorstel van het bestuur.

 

De leden moeten volgens dat besluit dus een extra bedrag aan de club betalen. Maar kan dat zomaar? Kunnen leden van een vereniging verplicht worden om naast de contributie nog extra bedragen aan de club te betalen? Dat kan alleen als de statuten van de vereniging dat mogelijk maken. En de statuten van Laren bevatten die mogelijkheid niet.

 

Artikel 34a van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek luidt als volgt: “Verbintenissen kunnen slechts bij of krachtens de statuten aan het lidmaatschap worden verbonden.” Dat betekent dat de statuten moeten bepalen welke verplichtingen aan de leden kunnen worden opgelegd. Zo is de betaling van contributie een verplichting die in alle statuten van verenigingen is opgenomen. Zonder een dergelijke bepaling, zijn de leden niet verplicht om contributie te betalen.

 

Nietig besluit

Maar als in de statuten niet tevens een regeling is opgenomen dat aan de leden (naast de contributie) een extra financiële verplichting kan worden opgelegd, dan kan er geen besluit worden genomen tot heffing van een extra financiële bijdrage. En als een dergelijk besluit toch wordt genomen, ook al is het met meerderheid van stemmen, dan is dat besluit nietig. Ieder besluit tot een financiële heffing zonder statutaire grondslag is simpelweg nietig.

 

Dat betekent niet dat in zo’n geval geen vrijwillige bijdrage kan worden gevraagd. Het staat ieder lid van een vereniging vrij om de kas van de vereniging aan te vullen. Bij Laren is het tekort voorlopig aangevuld door een eenmalige gift van enkele weldoeners, maar op basis van de huidige statuten kunnen de leden niet verplicht worden verdere tekorten aan te vullen. Besluiten daartoe van het bestuur of van de algemene ledenvergadering verplichten de leden tot niets.

 

Wijziging van statuten

Hoe kan dit worden opgelost? Als de leden geen vrijwillige bijdrage willen of kunnen betalen, dan kan een bestuur alleen financiële bijdragen afdwingen door een statutenwijziging.

 

In de statuten moet dan een bepaling worden opgenomen dat (naast contributiebetaling) de vereniging aan de leden (andere) financiële verplichtingen kan opleggen, bijvoorbeeld na voorafgaande toestemming van de algemene ledenvergadering. Anders gezegd: de vereniging kan, via de statuten, de leden wel statutair aansprakelijk maken voor een tekort.

 

Alleen dan kan de algemene ledenvergadering besluiten dat de leden, naast de contributie (of de “jaarlijkse bijdrage” zoals het soms is geformuleerd), een extra financiële bijdrage moeten betalen. Alleen in dat geval zijn de leden aan zo’n besluit gebonden.

 

Het lidmaatschap opzeggen?

Opzegging van het lidmaatschap helpt dan niet. Opzegging kan vaak alleen tegen het einde van het verenigingsjaar. Als voor die tijd is besloten dat nog in dat verenigingsjaar een extra bijdrage moet worden betaald, dan geldt die verplichting ook voor de leden die hebben opgezegd. De vereniging kan dat bedrag ook incasseren bij de leden die hebben opgezegd.

 

Redelijkheid en billijkheid

Wel moeten bij het besluit tot een extra bijdrage de eisen van redelijkheid en billijkheid in acht zijn genomen. De wet bepaalt dat een krachtens de statuten of een besluit geldende regel niet van toepassing is, voor zover dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Er kunnen feiten en omstandigheden zijn op grond waarvan het besluit om een extra bijdrage te heffen, of het incasseren daarvan, onredelijk is.

 

Of dat het geval is, moet door de rechter worden getoetst. De leden moeten dan naar de rechter stappen, waarbij de rechter moet komen tot een afweging  van de belangen van de vereniging ten opzichte van de belangen van de leden.

 

Vrijwilligerswerk

Overigens kunnen op die manier ook andere ‘op geld waardeerbare verplichtingen’ aan de leden worden opgelegd. Is er een tekort aan vrijwilligers om bardiensten te draaien? Dan kan in de statuten de verplichting voor leden worden opgenomen om bardiensten of corveediensten te draaien. Dat is immers een op geld waardeerbare verplichting.

Deel dit artikel