Home Actueel Archief Groningse fietsenmaker moet boete betalen van € 26.000 aan VvE. Onrechtvaardig?

Groningse fietsenmaker moet boete betalen van € 26.000 aan VvE. Onrechtvaardig?

Archief Vastgoed- en Bestuursrecht
05-01-18

Eerder deze week stonden de kranten er bol van: een Groningse fietsenmaker moet 26.000 euro boete betalen aan de vereniging van eigenaren van het winkelcentrum Paddepoel, omdat hij zich niet hield aan de openingstijden van het winkelcentrum.

Hij sloot de zaak op zaterdag en op koopavonden een uurtje eerder en bleef op koopzondag dicht, tegen de regels van de vereniging van eigenaren (VvE). Uit onvrede zegde hij eind 2016 per direct zijn lidmaatschap op, maar de VvE claimde contributie en een boete. Op 3 januari 2018 wees de rechtbank vonnis: de fietsenmaker moet € 17.000 betalen aan achterstallige contributie en € 6.000 aan boete, plus € 3.000 aan proceskosten.

Klinkt onrechtvaardig, maar is dat zo?

De vereniging van eigenaren Paddepoel heeft een huishoudelijk reglement en daarin zijn de verplichte openingstijden genoemd. De fietsenmaker was het niet eens met deze tijden, misschien wel om heel begrijpelijke redenen. Als kleine winkelier zonder personeel maakte hij lange dagen en wilde hij soms eerder sluiten. Daarom zegde hij in april 2016 met onmiddellijke ingang zijn lidmaatschap op. Echter, de statuten van de vereniging bepalen dat opzegging alleen mogelijk is tegen het einde van een jaar, met een kalenderjaar opzegtermijn. De vereniging claimde daarom doorbetaling van de contributie, tot 1 januari 2018, en de vereniging vorderde een contractuele, en dus overeengekomen boete voor het niet nakomen van de verplichtingen tot eind 2017.

Terecht, of niet?

Van belang is dat de vereniging van eigenaren van het winkelcentrum Paddepoel in Groningen geen “gewone” VvE is, maar een coöperatieve vereniging van eigenaren, een CVvE. Het verschil met een gewone VvE is, dat een coöperatieve vereniging een economisch belang heeft. Het is een vereniging met als doel haar leden een voordeel te bieden door met de leden overeenkomsten te sluiten ten behoeve van de coöperatie. Doel van de coöperatie is om winst te maken die aan de leden mag worden uitgekeerd. Een gewone vereniging heeft een maatschappelijk belang, mag wel winst maken, maar mag die niet aan de leden uitkeren.

De rechtbank heeft eerst gekeken naar de openingstijden. Mocht de vereniging verplichte openingstijden vaststellen? De rechtbank constateerde dat er een geldig huishoudelijk reglement was vastgesteld waarin die tijden waren genoemd en dus moest de fietsenmaker zich gedurende zijn lidmaatschap houden aan die tijden. Voor zover die tijden voor hem onredelijk waren, had de fietsenmaker al veel eerder, binnen een jaar nadat het huishoudelijk reglement was vastgesteld, juridische stappen moeten nemen.

Goed, dacht de fietsenmaker, dan zeg ik mijn lidmaatschap op. Maar ook daarbij werkten de statuten niet in zijn voordeel. De statuten bepalen dat opzegging alleen mogelijk is tegen het einde van een kalenderjaar, en dan nog met inachtneming van een jaar opzegtermijn. Het lidmaatschap liep dus door tot 1 januari 2018.

Is dat onredelijk?

Nee, oordeelde de rechtbank, dat is niet onredelijk.

In het vonnis van 3 januari wijst de rechtbank op het belang van een coöperatieve vereniging: “De bijzondere aard van de coöperatieve vereniging brengt met zich dat er een groter belang bestaat bij ledenbinding dan bij de “gewone” vereniging en dat een coöperatieve vereniging ook eerder schade kan leiden door uittredende leden dan bij een gewone vereniging. Het is om deze redenen dat de uittredingsvrijheid bij een coöperatieve vereniging tot op zekere hoogte beperkt mag worden, door bijvoorbeeld te bepalen dat bij uittreden een vergoeding moet worden betaald.”

Met andere woorden; een coöperatieve vereniging kan de mogelijkheden om het lidmaatschap opzeggen beperken. De fietsenmaker werd in overeenstemming met de statuten veroordeeld tot betaling van contributie tot het einde van de opzeggingstermijn die hij niet in acht had genomen, en moest op de koop toe de boete betalen die voor overtredingen was overeengekomen.

Met ingang van 1 januari 2018 is de fietsenmaker geen lid meer van de vereniging. Nu mag hij open of dicht wanneer hij wil.

Deel dit artikel