J. was een bijzonder hardwerkende jobcoach. Uit zijn urenregistratie bleek dat hij er soms wel 34 (!) uur per dag mee bezig was. Het UWV vertrouwde het zaakje niet.
In het kader van de Wet Wajong kan het UWV aan jonggehandicapten een vergoeding voor jobcoachdiensten toekennen. Die dienst moet dan wel worden ingekocht bij een door het UWV erkende jobcoachorganisatie. J. was zo’n erkende jobcoach: iemand die mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt ondersteunt in hun ontwikkeling, zodat zelfstandige deelname aan arbeid mogelijk wordt en blijft. J. werd door het UWV ingeschakeld bij de begeleiding van tientallen Wajongers.
In 2013 ontving het UWV signalen dat bij jobcoachorganisaties oneigenlijk gebruik gemaakt zou worden van de jobcoachregeling. De uitkeringsorganisatie startte een onderzoek en ook J. werd onder de loep genomen. J. had in de loop van vier jaar voor ruim een miljoen euro gedeclareerd, maar ruim 3,5 ton daarvan was onterecht in rekening gebracht, zo vond het UWV. In een groot aantal onderzochte gevallen bestonden grote verschillen tussen de gedeclareerde jobcoachuren en het aantal uren dat volgens de betrokken Wajongere en/of werkgever zou zijn besteed. J. boekte regelmatig buitensporige aantallen jobcoachuren op een dag; er waren dagen dat hij 34 jobcoachuren boekte, soms op dagen die helemaal niet bestaan, zoals bijvoorbeeld 31 juni.
Het UWV wilde het geld terug en liet beslag leggen op de bankrekening van J.’s bv. en alle betalingen werden opgeschort. Bovendien trok het UWV de erkenning van J.’s bv als jobcoachorganisatie in.
Het UWV meldde de onregelmatigheden aan de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), die vaststelde dat de schade voor het UWV zo’n 30.000 euro bedroeg. Desalniettemin vorderde het UWV een betaling van Zo’n 230.000 euro van J., vermeerderd met de wettelijke rente, plus een veroordeling in de proceskosten.
J. stelde dat de schade door het UWV grofmazig is geschat, geen rekening hield met daadwerkelijke facturering en werkzaamheden, dat het UWV met de verkeerde mensen heeft gesproken, fouten heeft gemaakt en geen hoor- en wederhoor heeft toegepast. Hij vond dan ook dat de schade conform het SZW uitgevoerde onderzoek op ong. 30.000 euro vastgesteld moet worden. De rechter vond ook dat het UWV de hoogte van de schade deugdelijk behoorde te onderbouwen, maar het lag op de weg van J. om aan te tonen dat de uren zijn gemaakt, wanneer declaraties worden betwist. J. had daar niet aan voldaan. UWV was daarom niet in staat een exacte berekening te maken maar heeft haar schadeberekeningen met de overgelegde rapporten voldoende deugdelijk onderbouwd, meent de rechter.
Kort en goed: de rechter stelde het UWV in het gelijk en veroordeelde J. én zijn bv tot betaling van de gevorderde schade en kosten. J. had bewerkstelligd en/of toegelaten dat door de bv meer uren had gedeclareerd dan in werkelijkheid gemaakt. J. zal in ieder geval niet meer 34 uur per dag als jobcoach voor het UWV hoeven werken…
Meer weten over bestuurdersaansprakelijkheid? Neem gerust contact op.