Iedereen is chiropractor, tenminste: als het aan de wetgever ligt. De Stichting het Nationaal Register van Chiropractoren (SNRC) is het daar niet mee eens.
Enkele jaren geleden wilde een praktijk een nieuwe chiropractor aannemen. Omdat de uitverkoren behandelaar in kwestie van Amerikaanse komaf was, werd een tewerkstellingsvergunning aangevraagd bij het UWV. De aanvraag werd echter afgewezen, omdat de praktijk zich niet voldoende ingespannen zou hebben om de vacature te vervullen met ‘prioriteitgenietend’ aanbod op de markt, in dit geval een chiropractor uit de regio. Maar de praktijkhouders waren het daar niet mee eens. De lokale therapeut had weliswaar een bordje op de deur geschroefd waarop stond dat hij een praktijk dreef in chiropractie en natuurgeneeskunde, maar dat maakt iemand nog geen chiropractor.
De praktijkhouders zochten steun bij de branchevereniging SNRC en stapten naar de rechter. Ze eisten een verbod voor de lokale therapeut om zich aan te bieden als chiropractor. Bovendien wilden ze de rechter laten gebieden dat de therapeut elke verwijzing naar chiropractie zou verwijderen uit het register van de Kamer van Koophandel en hem te verbieden om op welke manier dan ook te doen alsof hij chiropractische behandelingen aanbiedt.
De rechter wees de eisen af. De wet BIG stelt immers geen specifieke eisen aan het beroep van chiropractor en de titels “chiropractor” en “chiropractie” zijn niet beschermd. SNRC betoogde dat de gedaagde weliswaar niet handelde in strijd met de BIG maar wel met artikel 2 lid 2 sub b van de WKKGZ en/of artikel 7:453 BW. Deze bepalingen houden kort gezegd in dat zorgverleners dienen te handelen in overeenstemming met de op hen rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de geldende professionele standaard. Volgens SNRC c.s. ligt de professionele standaard voor chiropractoren vast in de “Nederlandse normen voor de chiropractie” en de gelijkluidende “Europese normen voor de chiropractie” en in door de WHO opgestelde “opleidingseisen” die volgens SNRC c.s. inhouden dat 4464 studie uren moeten worden gevolgd. De gedaagde voldoet niet aan die eisen, aldus SNRC.
De rechter was onvermurwbaar. Het feit dat een aantal chiropractoren zich vrijwillig aansluit bij ene branchevereniging, maakt het voor anderen nog niet onrechtmatig om dezelfde onbeschermde naam te voeren. Ook in hoger beroep werden de eisen afgewezen.
Meer weten over naamsbescherming?