Home Actueel Archief Betalen om in de gezamenlijke woning te blijven?

Betalen om in de gezamenlijke woning te blijven?

Archief Familierecht
15-01-18

In de aanloop naar een echtscheiding is het vaak de vraag wie in de echtelijke woning blijft wonen. Als echtgenoten zijn getrouwd in gemeenschap van goederen en gezamenlijk eigenaar zijn van de woning, kan de vertrekkende partij soms aanspraak maken op een gebruiksvergoeding. Hoe zit dat?

Wie een woning in gezamenlijk eigendom heeft en gaat scheiden komt voor de beslissing hoe deze woning moet worden verdeeld. Een woning kan worden verkocht, of worden toegedeeld aan één van beiden. In dat (langdurige) proces is het vaak niet meer mogelijk om samen te blijven wonen en zal één echtgenoot de woning verlaten. Deze echtgenoot kan dan geen gebruik meer van maken van zijn eigendom.

Grondslag vergoeding

De wet geeft de mogelijkheid voor de vertrekkende partij om een vergoeding te vragen aan de blijvende partij. De redenering is dat degene die met uitsluiting van de ander gebruik maakt van een gezamenlijke woning, de ander schadeloos moet stellen door het betalen van een gebruiksvergoeding. De vergoeding  kan ingaan op het moment dat de gemeenschap van goederen is ontbonden, dus vanaf het moment dat het verzoek tot echtscheiding is ingediend. Het klinkt simpel, maar in de praktijk is de gebruiksvergoeding nog niet zo eenvoudig. Het hangt van feitelijke omstandigheden af of een vergoeding wordt toegekend. Vervolgens is de vraag hoe wat de hoogte van de vergoeding is.

Ten eerste is het van belang of de blijvende partij de eigenaarslasten (zoals de hypotheek) betaalt. Uit een bestendige lijn van jurisprudentie valt op te maken dat die omstandigheid het opleggen van een gebruiksvergoeding niet rechtvaardigt. Bij een gezamenlijke hypothecaire verplichting moeten partijen, ook volgens vaste jurisprudentie, ieder de helft van de hypotheekrente dragen. Wanneer die last door één partij wordt gedragen, dan is de rechtspraak vaak van oordeel dat daardoor in feite al een gebruiksvergoeding wordt voldaan. Het Hof Den Bosch is daar overigens van afgeweken. Het hof meende dat het niet gebruik kunnen maken van eigendom en de wettelijke grondslag van compensatie voor de vertrekkende echtgenoot, zwaarder weegt dat de feitelijke situatie dat de blijvende partij de eigenaarslasten betaalt. In volgende uitspraken zal blijken of de rechterlijke macht dit nieuwe uitgangspunt zal volgen.

Vervolgens zal de hoogte van de gebruiksvergoeding moeten worden vastgesteld. Bij de berekening wordt vaak aangeknoopt bij de overwaarde van de woning. De gebruiksvergoeding werd berekend op een percentage van de helft van de overwaarde, die toebehoort aan de vertrekkende partij. In veel gevallen wordt 4% als uitgangspunt genomen. Tot op heden is daar niet vaak van afgeweken. Gelet op de huidige rentepercentages zou dat wel logisch zijn. Hoe de berekening luidt in het geval van onderwaarde, is niet eenduidig uitgemaakt in de jurisprudentie. Het ligt voor de hand dat de vertrekkende partij om een gebruiksvergoeding moet verzoeken, maar zeker in geval van onderwaarde zal het van de feitelijke situatie afhangen of een vergoeding wordt vastgesteld.

Meer weten over de eigen woning en de gebruiksvergoeding? Neem contact op!

 

Deel dit artikel