De Autoriteit Persoonsgegevens (AP), de Nederlandse privacytoezichthouder, moet minstens tweeënhalf keer zo veel personeel krijgen en misschien wel vier keer zo veel. Die uitbreiding is een gevolg van de invoering van de nieuwe Europese privacywetgeving.
Extra personeel zal vooral nodig zijn om klachten af te handelen, toezicht te houden op het systeem, onderzoeken naar privacyschenders uit te voeren, en bezwaren en beroepen te behandelen. Deze conclusies zijn te lezen in een rapport van Adviesbureau Andersson Elffers Felix dat Staatssecretaris Klaas Dijkhoff (Veiligheid & Justitie) donderdag naar de Tweede Kamer stuurde.
Op 25 mei 2018 treedt de Algemene Verordening Gegegevensbescherming (AVG) in werking. Deze Europese regelgeving zorgt er onder meer voor dat toezichthouders als de AP een grotere rol krijgen: ze gaan meer voorlichting geven en krijgen de bevoegdheid hogere boetes op te leggen als persoonsgegevens niet goed worden beveiligd.
Dijkhoff schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat gesprekken worden gevoerd met de AP over het budget. Op dit moment werkt de AP met een jaarlijks budget van 7,7 miljoen euro, maar dat zou moeten stijgen naar minstens 19,6 miljoen en maximaal 29,4 miljoen euro, stellen de adviseurs. Het uiteindelijke budget wordt vastgesteld door het ministerie van Veiligheid & Justitie en opgenomen in een wetsvoorstel waarmee de Europese verordening in Nederland wordt ingevoerd.
De Praktijkgroep IT&Privacy heeft een whitepaper ontwikkeld over de invoering van de AVG. U kunt het hier downloaden.